Er zijn in Nederland niet veel regio’s waar we echt nog nooit in ons leven zijn geweest. Vanuit iedere woonplaats (mooi verspreid over Nederland) hebben we talloze fietstochten en wandelingen gemaakt om de omgeving te verkennen. We probeerden ons na iedere verhuizing zo snel mogelijk ergens thuis te voelen en daarbij speelt kennis van de geografie van een streek voor ons een belangrijke rol. Met de fiets en wandelend ervaar je – in een prettig tempo – veel: je komt met mensen in contact, en ontdekt in elke, al is het een nog zo ontoeristische streek, mooie plekjes. Zo fietsten we vanuit Zuidbroek bijvoorbeeld graag naar Westerwolde en naar Noord-Drenthe, maar ook naar Slochteren en omgeving. We ontdekten de prachtige oude Groningse kerkjes en de vele mooie Groningse dorpjes. Vergelijkbaars gold vanuit Dordrecht, Groningen en Beuningen. En op een overzichtelijk eiland als Texel kun je zelfs heel gedetailleerd alle mooie plekjes ontdekken.
Maar al voordat we elkaar leerden kennen hadden we al heel wat van Nederland gezien. Marianne natuurlijk veel meer dan Willy. Maar ook die was als kind en jongere al nieuwsgierig naar het buurland. Naast de vele fietstochtjes vanuit Schiedam-Kethel, waar Marianne in haar jeugd woonde, ontdekte ze met haar ouders, zusje en broertje tijdens de gezinsvakanties ook met veel plezier de Veluwe, Noord-Limburg, Twente en Noord-Drenthe. In 1972 maakte ze samen met zus Sjakkelien, geïnspireerd op de Tour de France een Tour d’Hollande. Niet op racefietsen, maar op heel gewone stadsfietsen met terugtraprem, gemiddeld 80 kilometer per dag, overnachtend bij vrienden, familieleden en jeugdherbergen.
Favoriete gebieden voor korte vakanties met zijn tweeën waren vanaf 1976 Zuid-Limburg en de (overige) Waddeneilanden.
Vanaf onze ontmoeting in Ierland in juli 1974 kwam Willy regelmatig naar Nederland en vond Marianne het leuk om hem meer van haar geboorteland te laten zien. Eerst op Texel waar ze tot mei 1975 woonde en later vanuit de stad Groningen. En vanaf onze periode in Dordrecht begonnen we aan vele honderden korte en langere reisjes door Nederland.












Begin jaren 1980 fietsten we samen een meerdaagse fietstocht vanuit Zuidbroek langs de Duits-Nederlandse grens tot aan Dormagen (v.v.). Dat was toen niet zo’n succes. Een combinatie van OV en wandelingen of fietstochtjes met ov-fietsen werd daarna onze favoriete manier om andere delen van het land te verkennen.
We waren ook altijd gefascineerd door stedenschoon en bijzondere architectuur en later – in toenemende mate – in parken, tuinen en andere (spontane) stadsnatuur. Een aantal steden zijn zeer regelmatig door ons bezocht. Bereikbaarheid vanuit onze woonplaats met openbaar vervoer speelde altijd een belangrijke rol. Vanaf Texel bijvoorbeeld zijn de mooie en interessante steden Alkmaar en Amsterdam goed bereikbaar met de rechtstreekse trein vanaf Den Helder en daardoor vaak doel van korte reisjes.









Oases zoeken, vinden en delen
In 1988 gingen we met trein en huurfiets vanuit Zuidbroek op zoek naar heem – en natuurtuinen in heel Nederland. Het werd het begin van ons Oasewerk, maar het bleek ook een goed idee om – gefocust op deze tuinen, Nederland op een heel andere manier te leren kennen. Deze tuinen en parken zijn immers meestal niet te vinden op de plekken die je als toerist ‘automatisch’ bezoekt, maar in buitenwijken van steden of aan dorpsranden. Vaak overnachtten we dan wel in de mooie binnensteden en leerden die en passant ook beter kennen. Dit onderzoek leidde destijds o.a. tot een rapport en later tot Oasegidsen.
Toen we enthousiast werden voor speelnatuur en groene schoolpleinen kozen we voor een iets andere opzet: we begonnen met het opbouwen van een netwerk van ‘Ontdekkingsreizigers’, mensen die het leuk vonden te zoeken naar interessante speelnatuurlocaties in hun eigen regio. We gingen wel altijd minstens een dagje met hen mee en kregen daardoor ook zelf een heel aardig beeld van de snelle opkomst van dit fenomeen en ook van de kwaliteit van de projecten. Deze ontdekkingsreizigers zouden later uitgroeien tot regionale speelnatuurconsulenten. Samen met hen kwamen we daarna ook weer in alle delen van Nederland. O.a. tijdens de excursies, cursussen en workshops die we in het kader van Springzaad organiseerden. Hoogtepunt was de Internationale Speelnatuurkaravaan waarbij we met een internationaal gezelschap speelnatuurlocaties in Noord- en Zuid-Holland bezochten.




Na het verschijnen van het boek Vrij Spel voor Natuur en Kinderen werden we regelmatig gevraagd voor lezingen en workshops. Ook die brachten ons weer tot in alle uithoeken van het land. Gold ook voor een project als Modder aan je broek. Bij dit project werd in 6 provincies nieuwe speelnatuur aangelegd.
Bij het laatste project ‘Jong leren moestuinieren‘ gingen wij weer eens uitgebreid met zijn tweeën op stap. We ontdekten van Groningen tot Zeeland en van de Kop van Noord-Holland tot Zuid-Limburg vele tientallen locaties waar kinderen leerden moestuinieren. Dit leidde tot een rapport en een brochure.
We zouden in de late zomer van 2018 nog één keer in het kader van Stichting Oase ons zelf overtreffen door een maand lang door Nederland en Vlaanderen te fietsen, weliswaar nu met e-bikes: onze Tour der herinneringen in september 2018. Een heel passende afsluiting van ons Oasewerk, eindigend in een groot feest in Utrecht.
Na ons pensioen zouden we enkele keren meerdaagse fietstochten ondernemen over de Afsluitdijk: in 2021 naar Warffum (via Leeuwarden). Vanuit Warffum, waar we een weekje op een fraai aan de rand van het dorp gelegen huis/tuin/dieren pasten van een goede vriendin van buurvrouw Kiki, fietsten we weer als vanouds kriskras door de provincie en de stad Groningen.




In 2023 zouden we nog een keer de Afsluitdijk over gaan (fietsen konden gelukkig in de bus die daarvoor ingezet werd). Op die reis bezochten we o.a. het Heempark in Heeg, de Dorpstuin in Makkum, Museum Belvedère, de Lindevallei en de Ecokathedraal in Mildam.





Het is niet overdreven te stellen dat met name ons werk voor Stichting Oase ons tijdens honderden reisjes met trein en fiets in alle delen van Nederland (en Vlaanderen) heeft gebracht. Wel een reden om – als we echt iets nieuws wilden ontdekken -, vaak toch liever voor een bestemming in een ander land kozen.