Bibliotheken spreken overal ter wereld tot onze verbeelding: deze prachtige ruïne van een mausoleum annex bibliotheek in de antieke Grieks-Romeinse stad Efeze aan de Turkse westkust bezochten we 28 april 2012 samen met onze vriend Karim Muhyaddin.
“De bibliotheek is tussen 114 en 125 n. Chr. gebouwd in opdracht van Tiberius Julius Aquila ter ere van zijn overleden vader Tiberius Julius Celsus Polemaenus, die de Romeinse gouverneur was van de provincie Asia. Celsus werd begraven in een marmeren sarcofaag in de grafkamer onder de bibliotheek.
De leeszaal was bekleed met marmer en in de nissen in de muren werden ongeveer 12.000 perkamentrollen bewaard. De muren werden dubbel gebouwd om de kwetsbare rollen te beschermen tegen vocht. De voorgevel van de bibliotheek was op het oosten gericht zodat de lezers optimaal gebruik konden maken van het ochtendlicht. De bibliotheek had aan de binnenzijde drie verdiepingen, waar de rollen door galerijen te bereiken waren…” (bron: Wikipedia)
Wij zijn beiden van jongs af aan opgegroeid met een steeds maar groeiende belangstelling – we durven zelfs te zeggen met een onlesbaar verlangen (honger of dorst?) – voor boeken, en in de loop der jaren ook naar bibliotheken. Een leven zonder boeken(kasten) is voor ons beiden dan ook al een lange tijd ondenkbaar. Zodra we over eigen ruimtes beschikten, begin jaren ’70 van de vorige eeuw, groeiden de verzamelingen boeken plank voor plank, eerst nog provisorisch opgebouwd tussen planken en bakstenen of kistjes, later steeds stabieler met professionele systemen. En gelukkig hebben we nooit ergens gewoond of gewerkt zonder openbare bibliotheek ‘op loop- of fietsafstand’. Nu, in de jaren ’20 van de 21e eeuw, hebben we het geluk van een prachtige bibliotheek, eigenlijk bijna een openbare huiskamer, in het nabije Den Helder.
In Zuidbroek (1), waar we tot eind april 1993 woonden – ruim 2,5 jaar na oprichting van de Landelijke Werkgroep Heem- en Natuurtuinen – was er nog geen sprake van een Oasebibliotheek. Ons boekenbestand was nog zeer bescheiden, zeker voor wat betreft vakliteratuur (nauwelijks zichtbaar, links). Dat gold al minder voor de eerste jaren in Beuningen, waar we vervolgens tot maart 2009 zestien jaar woonden en werkten. Hier verhuisden we intern binnen het voormalige klooster in november 1996 naar een ruimte die wij speciaal voor Stichting Oase konden inrichten: de Informatiewinkel van Stichting Oase. En daar hoorde ook van begin af aan een aparte ruimte bij voor een kleine bibliotheek met werktafel, kopieerapparaat etc. gelegen op een entresol (3). De toegang vroeg wel enige moed en voorzichtigheid… (2).
Ondertussen groeide het aantal vakboeken gestaag: onze bestuurders, voorop Rob Leopold en Hein Koningen, voelden een groeiende behoefte om een deel van hun antiquarische vakboeken, maar ook recente titels, uitdrukkelijk voor een Oasebibliotheek te bestemmen en dat gebeurde ook steeds vaker door andere Oasevrienden, zoals Peter Peels uit Utrecht en Willem Iven uit Herpen (N.Br.). Zelf hadden we ook een interessante, altijd actuele bron voor geschikte boeken aangeboord: als er voor ons interessante boeken verschenen vroegen we de uitgevers om recensie-exemplaren, die we grotendeels ook recenseerden of lieten recenseren in Oase. Het mes sneed vanaf dat moment aan twee kanten: onze boekenplanken groeiden gestaag aan, de uitgevers ontvingen lovende recensies en een groeiende markt aan geïnteresseerde lezers opende zich voor hen. Vooral de KNNV-Uitgeverij bleek een gulle aanreiker met veel kostbare boeken, vooral op het gebied van specialistische determinatieboeken en -gidsen.
Toen we de eindredactie van het tijdschrift Oase begin 2009 overdroegen aan Machteld Klees, Bureau Zonneklaar, werd de groei van de bibliotheek duidelijk geremd. Maar toen we 10 jaar later op 30 juni 2019 een streep onder ons ‘Oase-levenswerk’ zetten, besloten we al vrij snel om een flink aantal boeken uit de bibliotheek over te dragen aan een nieuw geschikt adres, met geschikte beheerders. Jasper Helmantel van Cruydt-Hoeck had al vaker met veel interesse naar de boekenweelde gekeken en toen we suggereerden dat we die boeken zeker niet tot aan ons levenseinde om ons heen wilden hebben, wist Jasper er wel – op termijn – ruimte en zorg voor te vinden.
Uiteindelijk vertrok Jasper 17 juni 2021 met een bedrijfsauto vol boekendozen en de bijbehorende planken en staanders richting Friesland (3 en 4). En zo onstond er v.a. 18 juni een ruimere zithoek in onze woning (2). Het bleek even wennen en soms missen we ook nog een van de 1400 titels die ooit nog voor ons ter beschikking stonden. Ach, desnoods kunnen we ons aanmelden voor een bezoek aan onze oude bibliotheek.
Want ondertussen blijken de boeken op hun vertrouwde planken en staanders een plek gevonden te hebben in een vergader-/cursusachtige ruimte bij De Cruydt-Hoeck in het Friese Nijeberkoop. Afgezien van de tijdschriftenplanken tussenin lijkt de kast verdacht veel op vroeger. Zeker de eerste meter links met vele prachtige oude titels, vooral donaties van Rob Leopold – b.v. de vrijwel complete jaargangen 1-50 van De Levende Natuur (v.a. 1899) en vele oude Verkadealbums van Jac. P. Thijsse – komt eigenlijk weer een beetje thuis op De Cruydt-Hoeck: een betere plek hadden we niet kunnen bedenken.
Jasper Helmantel schreef in een mail van 30 november 2022: “En dan nog goed nieuws. Na (door omstandigheden) 1,5 jaar in dozen gezeten te hebben, heb ik de bibliotheek van Stichting Oase onlangs uitgepakt en in de kast gezet. Zie foto’s. Ik zit nog na te denken over hoe we deze ‘gepast toegankelijk’ kunnen maken.”
Ach, al duurt het nog eens 1,5 jaar tot de ‘gepaste toegankelijkheid’…we zijn wel alvast benieuwd!