Een lemen paviljoen in de Oasetuin in Beuningen
Leembouw is een zeer aardse, sociale en oer-gezonde ervaring, maar vooral ook iets voor geduldige optimisten. Zeker in een relatief nat en koud landje als Nederland!
Het begon allemaal voortvarend: een geschikte plek in een uithoek van de Oasetuin achter het voormalige klooster was al eerder vastgesteld; Paul van Eerd, tuinvrijwilliger, had ervaring met leembouw opgedaan in een Frans project, kende daarvandaan leembouwarchitect Sjap Holst uit het nabije Geldrop en een heel geschikte aannemer-timmerman met leembouwervaring, Marcel Doornweerd uit Utrecht. Zonder deze beide ervaringsdeskundigen hadden we zeker niet de moed gehad om überhaupt aan zo’n avontuurlijk project te beginnen!
Na onderzoek bleek de grond die vrij gekomen was bij het graven van een grote waterpartij in de Oasetuin -lemige rivierklei- ook nog geschikt voor de ronde muren van het gedroomde lemen huis! Een echte ‘organische meevaller’.
Lees hier verder voor een gedetailleerd verslag van het bouwproces
Wat het werven van vrijwilligers betreft – dit paviljoen was nooit tot stand gekomen zonder vrijwilligers – maakten we ons in het begin geen zorgen en Sjap Holst verraste ons ook al gauw met een eerste eenvoudige, tot de verbeelding sprekende maquette en schetsen van een Italiaanse stagiaire, Monica Laurenti, die hij vervolgens bouwkundig nog beter uitwerkte. Overal waar we die maquette lieten zien gebeurde er iets moois, ontspannends met de kijkers! Maquettes spreken toch zoveel meer tot de verbeelding dan b.v. schetsontwerpen, die we ook al gauw konden laten zien. Maar er moet natuurlijk ook bij verteld worden, dat het ontwerp alles andere dan alledaags was: ronde, natuurlijke, organische vormen, fraaie materiaalkeuze van stampleem, hout, glas en een wonderlijk vegetatiedak in golvende bladvorm. Niet alleen wij waren snel ‘verkocht’!
Toch reageerde men bij de gemeente, afdeling Bouw- en Woningtoezicht, in eerste instantie afwijzend: formeel gezien hadden zij twijfels of de gemeenteraad wel toestemming zou geven voor een bouwproject aan de rand van het beschermde rivierenlandschap. Uiteindelijk, na veel beraad en lobbyen van onze zijde, was de gemeente zelfs bereid het bestemmingsplan te wijzigen: de buitenste rand van het kloosterterrein, daar waar het paviljoen was gepland en tot dan toe officieel ‘buitengebied’, werd deel van de bebouwde kom. Zo makkelijk kan het soms gaan, zeker als er geen ‘boze buren’ opstaan en klagen…
Wel duurde dit aanloopproces van de eerste bezichtiging, oktober 1994, ontwerpplannen, begroting, werkplanning, bestemmingsplanwijziging, bouwvergunning e.d. tot de introductiemiddag voor de toekomstige leembouwploeg, 2 februari 1996, toch nog ongeveer anderhalf jaar. Acht vrijwilligers, de architect en de aannemer maakten op deze vroege februaridag kennis met elkaar, planden vrij exact de werkzaamheden voor dit jaar en keken afsluitend gezamenlijk naar een Belgische videofilm over leembouwen.
27 februari hebben Paul van Eerd en Marcel Doornweerd met houten latten en latjes de contouren van het toekomstige tuinpaviljoen uitgezet. Net op tijd, ’s avonds tegen 17.30 uur was hun deze belangrijke klus gelukt. Voor het eerst kon je de omtrekken van het toekomstige gebouw herkennen!
Met tien mensen begonnen we dan in het weekeind van 23 en 24 maart met het graven van sleuven voor het fundament van het toekomstige Oase-tuinpaviljoen: tientallen meters sleuven van gemiddeld 60 x 60 cm in de klei. Een aardige klus die ons met behulp van goede aanwijzingen en tekeningen van Marcel Doornweerd binnen de geplande tijd lukte.
28 maart 1996 stortte ongeveer dezelfde ploeg 8 m3 beton met 8 kruiwagens en onder regie van Marcel in de gegraven gleuven. Een haastklus van vijf kwartier, hollend van de draaiende betonmixmachine naar de sleuven, ca. 150 meter verderop. In de tweede helft van mei sjouwden we vervolgens ca. 4000 stenen met kruiwagen en steenbok over dezelfde afstand, waar dan drie professionele metselaars de mooie ringmuren voor onder de toekomstige lemen muren metselden.
Vrijdag 7 juni begonnen Boris, Harald, Jan, Marcel en Mario, een leuke ploeg Utrechtse timmerlui, ondersteund door tuinvrijwilligers, met de bouw van het houtskelet voor het toekomstige Oase-tuinhuis. Elke stap zag er prachtig uit, tussentijds leek het net een Vikingerschip in aanbouw. Sensationeel was de aanvoer van een 10 meter lange, gelamineerde balk, die de hele dakconstructie moest dragen. Dinsdag 11 juni vierden we het bereiken van het hoogste punt.
Na het vieren van het hoogste punt van de houtskeletbouw werd, in juni en juli, het fraaie ‘skelet’ afgebouwd, het bladvormige, golvende dak met houten platen dichtgemaakt en alles voorbereid voor de leembouw: bekistingen voorbereiden, ronde mallen maken (alle wanden zijn rond…), 80 balen stro bestellen etc. 16 t/m 24 augustus vond dan in Beuningen de grote leembouw-happening plaats: gemiddeld werkten 12 mensen per dag – 29 in het geheel – aan het maken van de juiste stroleem’pap’, het stampen van stroleem in ronde bekistingen, het installeren van de bekistingen etc. Maar goed eten en drinken, picknicken aan de Waal, dia’s kijken, een mooi tentenkampje met elkaar opbouwen en ‘runnen’ hoorde er evengoed bij. Een gedenkwaardige, lange werkweek, gezellig bouwend aan een unieke, milieuvriendelijke bezoekers- en medewerkersruimte van de toekomstige Oasetuin. Hartstikke bedankt Agnès, Hester, Ineke, Josie, Lian, Mariska, Martha, Miriam, Mirjam, Renate, Roelanda, Saskia, Sjakkelien, Arnold, Douwe, Dries, Hubert, Karel, Marcel, Michèl, Michel, Paul, Peer, Ruud, Simon, Sjap en Vincent voor het meewerken tijdens de leembouw cq. bij de catering.
Eind augustus bezochten we het Zaltbommelse bedrijf Ekogras en kwamen met dhr. Hobo overeen, nog dit najaar met de aanleg van een vegetatiedak op ons natuurtuinpaviljoen te beginnen. De mannen van Ekogras uit Zaltbommel lukte het op 15 november 1996 een dikke laag EPDM kunstrubber als afdichting voor het toekomstige vegetatiedak te leggen en te lijmen. Marcel Doornweerd zorgde voor de ingewikkelde afwerking achter de houten boeiborden.
Een week later, 22.11. lag het substraat voor het vegetatiedak (ca. 50 m2 ) op het dak: 0,5 m3 grind langs de randen, 3 m3 kleigranulaat en lavasteen voor de rest van het dak – emmertje voor emmertje op het dak gesjouwd, nadat er van tevoren een laag dikke EPDM en een laag vilt op het dak uitgerold was. Ook een bijzondere ervaring: een doe-het-zelf-Ekogras-pakket.
Zeker vermeldenswaardig is nog het heugelijke feit, dat we voor dit vegetatiedak en informatiepanelen in het gebouw ƒ 5000,- subsidie van het Anjerfonds Gelderland ontvingen, waarmee we meer dan de helft van deze kosten konden betalen. Geld kan nuttig zijn, maar minstens evenzeer waren we verheugd over het aardige artikel van Martha Resink in het blad ZOZ waarin zij enthousiast over haar eigen ervaringen tijdens onze leembouwweek in de afgelopen zomer berichtte. En dan begon, zoals elk jaar, de winterrust in de tuin en bij de bouw van het natuurtuinpaviljoen.
6 mei 1997, tussen 6.45 uur en het middaguur, installeerde dhr. Hobo van Ekogras in Zaltbommel samen met een collega 50m2 vetplanten-matten op het paviljoendak. De vegetatie sloeg goed aan, vooral de muurpeper bloeide gauw uitbundig. Op 18 + 19 juni werkte Marcel Doornweerd met twee collega’s het laatste stukje dak van een aanhangend schuurtje af. Met de architect, Sjap Holst werden drie data afgesproken, waarop we de leembouw zouden voortzetten.
12 + 13 juli en 18 t/m 22 augustus lukte het ons, weer mensen voor het leembouwen te vinden. De hoofdmuren stonden; de bovenste randen, die niet gestampt konden worden moesten tot in de volgende lente wachten op afwerking. Bedankt voor de hulp Arnold, Diny, Hans, Hendrik, Hubert, Rick, Saskia en Sjap! Mooie momenten: tijdens een pauze liet een badderende en drinkende sperwer zich op een afstand van ca. 10 meter langs de oever van onze vijver bewonderen. En: geen mooier uitzicht over het kloosterterrein richting de kerk van Beuningen dan vanaf het prachtige, al bijna 100% bedekte vegetatiedak van ons paviljoen. Af en toe wieden is dus heerlijk!
Van 30 april tot en met 5 mei 1998 hebben we de resterende leembouwwerkzaamheden met een elftal korter of langere tijd helpende vrijwilligers in een prima sfeer voor 98% weten uit te voeren. Bedankt Alex, Hans, Hester, Jaco, Lindy, Luc, Martin, Mirjam, Paul, Ruud en Sjap!
Dankzij Marcel Doornweerd, die weer eens tijd had voor onze gezamenlijke ‘hobby’, het natuurtuinpaviljoen, is het hoofddak vervolgens mooi langs de dakranden afgewerkt, de berging waterdicht en stelden we voor de herfstmaanden 1998 een plan op, waarmee het gros van het resterende werk kon worden afgerond. Hoogtepunt van dit seizoen was een weekeind pleisteren met leemstuc, waarin het ons lukte, de hele buitenkant van het paviljoen met een laag leemstuc te bedekken. 26 en 27 september 1998 was het mooi weer en er was veel bekijks tijdens dit spectaculaire werk, van o.m. bezoekers van de opening van een tentoonstelling op het kloosterterrein. Bedankt Sjap Holst, Alex Cadée, Pieter van Balkum, Hans de Raad, Martin Kaarsgaren, Paul van Eerd en Marcel Doornweerd! Naast deze ‘vrijwillige workshop’ zorgden de professionals Marcel Doornweerd en collega Feite ook nog, met veel aandacht voor details, voor kozijnen, deuren, ramen, vensterbanken en het afdichten van het dak van de berging.
29 juni 1999 begon beeldend kunstenaar Henk Hage met het inleggen van de scherven van zijn mozaïek “Steenbeek”, (tevens ook een aquarel in onze werkruimte!) in de leemstuc: secuur mm-werk met touwtjes, coördinatenlatjes en een voorbeeldaquarel op een schildersezel naast zich. Samen met de stucadoor Ben zorgde hij ook voor een perfecte afwerking van elke scherf in het stucwerk – dat prachtige monnikenwerk werd 12 juli 1999 afgerond!
Ruud Harmsen en Hubert Bastiaens – ja, die van de Vlinderheuvel – metselden tussen eind juli en september 1999 verder aan een halfronde zitmuur inclusief een kleurrijk, rond terrasje vóór het paviljoen.
Samen met de stagiaires Annemarie Peletier en Marten Bakker (Terracollege Frederiksoord) realiseerden we in het najaar van 1999 een tweede vegetatiedak op de berging van ons natuurtuinpaviljoen en de daarbij behorende waterafvoer. De tien weken van hun stageperiode bleken net lang genoeg om de beide samenhangende en leerzame projecten uit te voeren: het vormenrijke dak uitmeten, een eenvoudig mengsel van grind en zand op het soms wel erg steile dak sjouwen en een passend zaadmengsel uitzaaien cq. wat wit vetmuur, mosplakkaten, steentijm e.d. van andere plekken halen en overplanten. Klinkt redelijk eenvoudig, ware het niet, dat het steilste deel van het dak moest worden voorzien van zelfgemaakte touwladdertjes, waartussen het zand- en grindmengsel als het ware werd gegoten. Een idee van onze medebewoner Karim Muhyaddin, zelfstandig uitgevoerd door Annemarie en Marten. En dan nog een greppel langs de afvoergoten graven, eindigend in een poel – zwaar werk op kleiïge, stenige grond. Dikke kettingen onder de afvoerpijpen, EPDM (reststukjes van de dakbedekking) in de goten en de poel, reliëf langs de achterkant (zand en dakpannen) en afsluitend naar het buurweiland een stuk kastanjehek. Een mooi tuinelement – vonden niet alleen de werkers.
Tussen 14-21 juni 2000 heeft Ruud Harmsen met fraaie, geselecteerde bakstenen een mooie vloer met labyrint en kleurrijk mozaïek rond de sluitsteen in het centrum gelegd. Veel fraaier dan de in eerste instantie geplande aangestampte en d.m.v. lijnolie gestabiliseerde lemen vloer!
Verder nog veel ‘onzichtbaar’ werk in de loop van het jaar 2000, zoals de lemen vloer in de berging egaliseren en stabiliseren, plafonds en balken schoonmaken en in de lijnolie zetten, een begin maken met hang- en sluitwerk en de laatste kleine raampjes inzetten, zorgen voor een mooie dikke houten ‘receptieplank’ bij de ingang… Wel goed zichtbaar en sfeerveranderend: de kalk-caseïne verflaag op de binnenmuren, zodat we de ronde wanden ook als lichte tentoonstellingsruimte konden gebruiken.
3 april 2001 bezocht een groep van 17 leembouwers/-leerlingen uit Sardinië o.l.v. Sjap Holst ons lemen tuinpaviljoen.
28 april 2001 vond dan in Beuningen de officiële opening van het lemen paviljoen plaats. In de feestzaal van buurman “De Vrijboom” vonden 4 bijzondere dialezingen over de ontwikkeling van het paviljoen (Willy Leufgen), over leembouw in de hele wereld (Sjap Holst), over de architectuur van Alberts & van Huët cq. de bijbehorende tuinarchitectuur van Copijn (Paul van Eerd) en over de architectuur van Hundertwasser resp. Gaudi (Josie Dubbeldam) plaats. Peter Schmid, oud-hoogleraar organische architectuur uit Eindhoven zorgde voor een stemmige inwijding en Somalische hapjes, drankjes e.d. voor een leuke informele afsluiting met een dertigtal bezoekers, die ondanks het slechte weer de weg naar Beuningen hadden aangedurfd.
5,5 jaar heeft het uiteindelijk dus nog eens geduurd, voor we onze droom, een passend en uniek gebouw in onze jonge Oase-natuurtuin ook daadwerkelijk wisten te realiseren. Gelukkig werden we al die tijd regelmatig door bezoekers met complimenten overladen, en bestaan er niet voor niets de spreekwoordelijke laatste loodjes…
Maar afgezien daarvan is zo’n organisch gebouw nooit helemaal af!
Afsluitend een artikel over ons lemen tuinpaviljoen in De Gelderlander, april 2001, “De schoonheid van een lemen tuinpaviljoen“.
Epiloog
Sindsdien hebben talrijke tuinbezoekers en -werkers nu al decennia lang genoten van een fraai lemen huis met vegetatiedak en mooie zitomgeving; hebben er veel fijne besprekingen, kleine voordrachten, zoals muziek en gedichten tijdens feesten; dia- en beamerlezingen; een “Ierland feestmiddag”; talrijke prettige schaftpauzen… plaatsgevonden. Buurvrouw en singersong-writer Marike Jager nam er in 2014 een mooie CD “The silent song” op: “These songs, conceived in my heart, were written and recorded in the silence of a solitary hut, beneath the branches of an old oak* tree”, vermeldt ze op de CD. Op het laatste prachtige liedje Wings – hoor je aan het begin, maar vooral aan het eind rollend, dreigend Beunings onweer boven de tuin en het paviljoen!
*sorry, maar het is een Rode beuk…