Staatsbosbeheer nam het initiatief voor dit project. Zij kregen in hun speelbossen te maken met de juridische gevolgen van hun speelaanbod. Wie is er verantwoordelijk voor de veiligheid van de spelende kinderen en hoe kon die veiligheid beter worden gewaarborgd, zonder te veel aan ‘uitdaging’ in te boeten? Door actief mee te doen in de begeleidingscommissie van het door Staatsbosbeheer aangevraagde en door LNV gefinancierde onderzoek, dat geleid heeft tot het rapport ‘Speelnatuur en Veiligheid, richtlijnen voor terreinbeheerders’ (Bas Visser en Gerard de Baaij) hebben we onze expertise ingebracht tijdens de bijeenkomsten, maar ook een powerpointpresentatie verzorgd bij een van de vier regionale bijeenkomsten die in dit verband zijn georganiseerd om zoveel mogelijk respons uit ‘het veld’ te krijgen.
Het uitgangspunt van het rapport ‘Speelnatuur en veiligheid’: Kinderspel is niet enkel vermaak of recreatie, voor kinderen is spelen ‘leren leven’. Risico’s maken het spel van kinderen spannend en leerzaam. Het verkennen van risico’s, het leren inschatten van gevaar en het oefenen van adequate reacties helpt kinderen veilig groeien. Reactievermogen, alertheid, evenwicht, lichaamsbesef zijn een aantal sleutelbegrippen bij het leren beheersen van risico’s.
De bewust genomen risico’s op speciaal voor kinderen aangelegde terreinen moeten, zo valt te lezen in het rapport aan een aantal eisen voldoen om aanvaardbaar te zijn:
- Het risico moet voor de kinderen duidelijk herkenbaar, dus niet verborgen zijn.
- De ernst van het risico moet in verhouding staan met de speel-/leerwaarde van het risico.
- Er moeten maatregelen genomen worden, om in het geval van een letsel de gevolgen daarvan te beperken (toezicht, EHBO).
Na het verschijnen van dit rapport bleek er bij het ministerie van LNV behoefte aan nader onderzoek. Een vraag die bv. nog bij hen leefde was: is het natuurlijk spelen te verzekeren (zoals bv. in België het geval is)? Ook was er behoefte aan een communicatieplan en een heldere analyse over de balans tussen uitdaging en veiligheid.
Stichting Oase was als samenwerkingspartner bij het aansluitende Project SpelenderWijs betrokken. We schreven in dit kader o.m. een essay “Geen leven zonder risico’s’’ en verzorgden samen met Bureau Gerard de Baaij Advies vier goed bezochte workshops voor terreinbeheerders over ‘Uitdagende Speelnatuur’ in Assen, Gorinchem, Boxtel en Leusden. Mooi verspreid over Nederland dus, om zoveel mogelijk mensen de kans te geven in eigen omgeving aan de workshops deel te nemen. Op dezelfde locaties werden ook vier workshops met als thema “Veilige speelnatuur” georganiseerd.
Studiedagen in Leusden ‘Gezond verstand in speelnatuurland’
Een speelnatuurplek waar wij al van het prilste begin af aan bij betrokken zijn geweest bevindt zich achter het Natuur- en Milieucentrum ‘De Schoolsteeg’ in Leusden. Nadat de ‘Struintuin’ in 2007/8 gerealiseerd was, bleven de initiatiefnemers onzeker over de maatregelen die genomen zouden moeten worden om de natuurspeeltuin optimaal veilig en uitdagend te laten zijn. Was het zo wel veilig genoeg?
In het besef dat deze vraag bij heel veel (alle?) nieuwe natuurspeelplekken leeft, organiseerden we op 8 mei 2009 een studiedag ‘Gezond verstand in speelnatuurland’. Tijdens deze studiedag zorgden we er voor dat de juridische en wettelijke informatie aanwezig was, maar daarnaast lieten we de deelnemers (deskundigen op het gebied van speelnatuur, afkomstig uit heel Nederland) in groepjes 10 plekken in de Struintuin beoordelen op ‘uitdaging en veiligheid’, in feite een soort veiligheidscheck, zoals aanbevolen in het rapport ‘Speelnatuur en veiligheid’.
De interessante conclusie was dat in elk groepje wel iemand was die vond dat een bepaald onderdeel van de Struintuin te gevaarlijk was (eigen slechte ervaringen?), terwijl de anderen vonden dat dit niet het geval was. Toch was het ook voor de anderen een reden nog eens zorgvuldiger te kijken. Dit leidde tot suggesties waar de beheerders van de Struintuin hun voordeel mee konden doen.
Deze studiedag hebben we later dat jaar (op 15 september) herhaald voor ‘veiligheidsdeskundigen’. Met een vergelijkbaar resultaat. Ook deze keer bleek duidelijk dat er grote verschillen waren in de beoordeling van de veiligheid van verschillende speelnatuurelementen in de Struintuin.
Aan het eind van het project Spelenderwijs werd door Gerard de Baaij een manifestatie georganiseerd waarbij veel mensen die betrokken zijn bij Speelnatuur en veiligheid aanwezig waren (19.5.2010). Zie foto’s hieronder. Daarbij werd vooral de wens tot meer onderling contact verwoord. Dit leidde uiteindelijk tot het programma Speelnatuur verenigen.