24 – 27 mei 1996
Pinksteren, net als Hemelvaart een heerlijke gelegenheid om een weekeind een eindje te rekken naar een halve week… zo lang planden we de excursie langs onverwachte groene oases in de Rijnmond en op Voorne. Het biotoop van Marianne, maar dat terzijde.
Als verblijfsoord kozen we voor conferentieoord Olaertsduyn, gelegen aan de duinrand tussen Rockanje en Oostvoorne. We konden daar twee geschikte paviljoens in de duinen voor onze groep reserveren. De werving deden we weer via ons eigen tijdschrift Oase. Deze keer – onze zevende meerdaagse Oase-activiteit in ruim vier jaar – voelden we het te verwachten aantal deelnemers wel behoorlijk goed aan: 38 deelnemers inclusief ons beiden, bij een aangekondigde limiet van 40.
Het programma was met het bezoek van 9 tuinen en parken, twee landschapsexcursies en lunch in een mooi vestingstadje compact en afwisselend. Uiteraard vroeg het om een touringbus als vervoersmiddel voor zo’n grote groep.
Wij begonnen de excursie o.l.v. Jan Timmerman, beheerder van heemtuin Tenellaplas, die ons na de lunch in Olaertsduyn kwam ophalen voor een uitgebreide wandeling door een van de oudste heemtuinen van Nederland (start in 1948; pionier was de in heemtuinkringen befaamde Cees Sipkes). Al regende het soms licht, het bleef een mooie belevenis. Aan het einde van de rondleiding mochten we nog even schuilen en rondkijken in het naast de heemtuin gelegen bezoekerscentrum van het Zuidhollands Landschap.
Na deze verkenning van het heemtuinjuweel gingen we terug naar het nabij gelegen Olaertsduyn voor ons diner en besteedden de rest van de avond met diabijdragen van ons over de tuinontwikkelingen in Beuningen.
Zaterdag 25 mei stond geheel in het teken van tuinbezoeken in Rotterdam: met de
bus reden we, begeleid door Luuk Hopkooper (NME-Dienst, Rotterdam), die het dagje Rotterdam prima voorbereid had, dwars door het Botlek-gebied langs olieraffinaderijen, containerhavens e.d. naar de stad op zoek naar de groene oase’s:
- de mooi ingerichte Cultuur-Historische Plantentuin in Rotterdam-Charlois, waar beheerder Ron Kroesbergen de groep enthousiast rondleidde:
- de intrigerende Educatieve Tuin “De Enk”, waar Gerrit Roukens en zijn collega’s uiterst creatief langs de randen van traditionele schooltuintjes ‘natuurtuinieren’ (vooral met snoeihout e.a. recyclingmateriaal). Hier kregen we door de gemeente Rotterdam een uitstekend verzorgde lunch aangeboden;
- de ‘kleine maar fijne’ Botanische Tuin van Rotterdam aan de Cederstraat, waar beheerder Vittorio Antuzzi ons rustig liet rondzwerven terwijl hij een bijzondere kruidenthee van kruiden uit de Botanische Tuin voor ons brouwde.
- de oudste heemtuin van Rotterdam, in het Kralingse Bos, waar we o.l.v. gemeentebioloog Remco Andeweg vakkundig werden rondgeleid en waar vooral de wandeling over tientallen meters lange plankiers door een fraai stukje moeras de bezoekers bij zaJ blijven.
Terug in Olaertsduyn verdeelde Luuk Hopkooper aan alle belangstellenden informatiepakketten over de bezochte tuinen.
Na het diner maakten we nog een lange avondwandeling door het bekende natuurgebied “Voorne’s Duin” onder de bezielde leiding van Jan Timmerman en zijn collega, begeleid door nachtegalenzang.
Op eerste pinksterdag, 26 mei, waren het Schiedamse en Vlaardingse
heemgroen het reisdoel. ’s Ochtend waren we te gast in de ruime, landschappelijke heemtuin in het Schiedamse Beatrixpark, waar eindelijk de zon eens scheen en waar de kruidentuinterp, de nieuwe ‘ruïne’ en de bankjes de meeste aandacht trokken ofwel tot uitrusten en van-de-zon-genieten animeerden. De rondleiders Elisabeth Noorduin en Sjoerd Gerritsen lieten ons niet alleen de heemtuin zien,
maar Sjoerd maakte ook nog fluitenkruidfluitjes, zorgde voor enkele kruidvlierplantjes en begeleidde ons via de moerastuin in hetzelfde park naar wijkpark Kethel, waar Elisabeth al koffie en thee voor een geimproviseerde lunch in het Natuur- en Milieu Educatie Centrum klaar had staan. We konden zelf eventjes buiten onder de oude fruitbomen zitten en genieten van het uitzicht op het oude kerkje van Kethel, bekend van het affiche voor het Natuurbeschermingsjaar 1995.
’s Middags leidde Peter Smit ons met veel geduld en zeer vakkundig door het
Vlaardingse heemgroen. Eerst door het wijkpark Holy-Noord met zijn flinke
hoogteverschillen, mooie variatie aan graslanden, duinachtige heuvels, bosgedeelten, moerasstukjes, vlinder- en orchideeënweitjes etc. En dit alles in
een druk bewoonde wijk en een even druk bezocht, zeer open wijkpark.
Twee kleine meisjes plukten bloemen in een orchideeënweitje. Paardenbloemen, want die vonden ze het mooist.
In de oude heemtuin in Vlaardingen West hing nog wel de Amstelveenachtige sfeer van weleer, maar van dichterbij bekeken konden vooral mensen die de tuin al langer kennen, alleen met veel zorgen naar de oprukkende heermoes kijken.
’s Avonds lieten Jean-François Van den Abeele uit Gent (dia’s van een natuurtuinontwerp en -aanleg bij een Vlaamse villa), Peter Peels uit Utrecht
(over buurtnatuurtuin De Bikkershof, en dan vooral over de sociale aspecten)
en Gerald Luikink uit Doetinchem (over zijn eigen tuin, een natuurgebied
in zijn streek en het Oase-weekend in Limburg) inspirerende diaseries aan
geïnteresseerden zien.
De laatste dag, pinkstermaandag, begon met een bezoek aan De Heemhof,
de particuliere heemtuin van dhr. Konijnendijk in Oostvoorne. Een ware beIevenis!
Hier heeft een natuur- en tuinliefhebber (en voormalig tuinder), die helemaal in zijn Heemhof opgaat, in ca. 25 jaar een juweel van een heemtuin met fraaie soortenrijke graslanden, een Limburgs aandoend bos, vijver, beek,
moeras etc. aangelegd en voor bezoekers opengesteld. In de kassen zijn nog wat
groenten, maar ook uitheemse bijzonderheden te zien. De geduldige uitleg over alle bijzondere plantensoorten (er staan er 900 in De Heemhof!) en zijn beheermaatregelen lieten bij allen een diepe indruk achter. Als herinnering namen
velen nog bijzondere plantjes uit Oostvoome mee.
Carpoolend reden we daarna naar het oude vestingsstadje Brielle, waar we na
een lunch in het sfeervolle restaurant “De Hoofdwacht” aan een cultuur- en
natuurwandeling door Brielle o.l.v. oud-inwoonster Nomi Havelaar begonnen.
Ondanks regen en paraplu’s in het zicht bleef de stemming er wel in, slenterend langs fraaie historische gevels, oude begroeide muren, mooie vestingswallen, (wit-geel van het fluitenkruid en de een of andere kruisbloemige) en een mooi voormalig haventje.
We sloten dit zeer afwisselende, sfeervolle en gezellige weekeind passend af
in een ijssalon in het oude centrum van Brielle, waar de bediening helernaal
werd opgenomen in de langdurige afscheidsceremonie.