In 2017 kregen we het verzoek vanuit het ministerie om onderzoek te doen naar school- en moestuinen met een educatieve functie. Waar waren ze? Wat gebeurde er? Dit onderzoek zou deel uit gaan maken van het Programma Jong Leren Eten en zou leiden tot een rapport, een brochure en een artikel in Oase.
Het thema leek in eerste instantie wat verder van ons af te staan dan bij de voorgaande, ook door het ministerie van LNV mede gefinancierde projecten en programma’s. Maar al gauw beseften we dat er ook heel aantrekkelijke kanten aan zaten om toch op dit verzoek in te gaan. We konden weer gaan inventariseren! Een activiteit waar we altijd veel plezier aan beleefd hadden. En bovendien is het een thema waar een lange traditie bij hoort (ruim 100 jaar!) en dat een internationaal tintje heeft. Twee aspecten die het zeker ook interessanter voor ons maakten.
Zelf hadden we geen ervaring met een eigen kindermoestuintje. Op de basisschool bleek de keuze tussen een schooltuintje en een abonnement op een kindertijdschrift voor Marianne – na stevig twijfelen, dat wel – steeds op het laatste te vallen. En Willy groeide weliswaar op in de grote moestuinen van zijn grootouders, maar had daar geen eigen tuintje.
Wel hadden we, zodra de kans zich voordeed (in 1982), een volkstuintje genomen in het Groningse Stadspark. En onze tuin in Zuidbroek (klik op ‘diavoorstelling’) was in eerste instantie vooral een zeer diverse steeds groter wordende moestuin. We waren daar (bijna) zelfvoorzienend! We leerden in die periode (vanaf 1983) enorm veel van het zaaien, kweken en oogsten van groenten, kruiden en granen.
Dus helemaal vreemd was ons het thema nu ook weer niet. Maar sinds we in 1996 met ons werk op Heemtuin Muntendam begonnen, verschoof onze interesse van eetbare naar wilde planten, van moestuinen en genieten van de oogst naar natuurtuinen en natuurbeleving.
We zagen er de charme wel van in aan het eind van onze werkzaamheden voor Stichting Oase die oude liefde voor het moestuinieren weer op te pakken. Zelfs praktisch, hoewel heel kleinschalig (we hadden geen tuin, enkel een terras): we kochten een vierkante meterbak en gingen ook zelf weer zaaien en oogsten. Vooral om uit te proberen hoe moeilijk of makkelijk dat was voor kinderen.
Via het internet, ons eigen netwerk en de provinciale ‘makelaars’ van het programma Jong leren eten ontdekten we genoeg locaties om een reisplan op te stellen en afspraken te gaan maken. En zoals het altijd gaat met dit soort inventarisatiereisjes, ontdek je gaandeweg steeds meer. Als je maar op stap gaat!
Wij vinden het ook altijd leuk als er een breed spectrum aan mogelijkheden blijkt te zijn. De schooltuincomplexen kenden we (met name uit onze Groningse periode toen we betrokken waren bij de Werkgroep Herinrichting Kinderwerktuinen). We hadden ook al contact met Evelyne Schreurs van Stichting Boerderijschool en wisten dat ook op groene schoolpleinen regelmatig al dan niet geslaagde moestuinpogingen werden ondernomen.
We merkten ook al gauw dat het om aantallen ging die onze mogelijkheden te boven ging (we vonden uiteindelijk 480 locaties waar door kinderen gemoestuinierd werd). We besloten daarom een keuze te maken die representatief zou moeten zijn voor het gehele aanbod aan kindermoestuintjes en onze kennis te verbreden en verdiepen door gesprekken met mensen die veel ervaring hadden op dit gebied, door veel te lezen (ook boeken uit het begin van de schooltuingeschiedenis) en inspirerende filmpjes over enthousiaste moestuinierende kinderen te bekijken op internet.
Uiteindelijk bezochten we
- 22 schoolwerktuincomplexen (Groningen 3, Overijssel 1, Gelderland 1, Utrecht 5, Noord-Holland 8 en Zuid-Holland 4; De meeste schoolwerktuinen bevinden zich in het drukbevolkte West-Nederland.
- 21 kindermoestuinen op of direct bij scholen en kinderopvang
- 3 schooltuinen bij NME-centra
- 2 kindermoestuinen bij volkstuincomplexen
- 2 schoolmoestuinen bij boerderijen (Boerderijschool)
- 10 kindertuintjes als deel van een buurtmoestuin
- 8 op andere locaties, o.a. bij Borg Ewsum in Ewsum (Gr.), in Groesbeek bij Voedselbos Ketelbroek, Speelhof Hoogerzael in Middelburg en de DE Toltuin in Roosendaal
We maakten naast een algemeen vragenformulier ook specifieke formulieren per locatiesoort. En verwerkten informatie over alle kindermoestuinen in Excel bestanden per provincie. Die stelden we vervolgens ter beschikking aan de provinciale makelaars van Jong Leren Eten.
De informatie die we verzamelden vormden ook de basis voor het rapport Jong leren moestuinieren; Kindermoestuinen in Nederland, verleden, heden, toekomst. De praktische tips die we destilleerden uit de gesprekken, observaties en eigen ervaringen in de vierkante meterbak achter ons huis kwamen terecht in de door Machteld Klees vormgegeven brochure Moestuinieren met kinderen, tips voor scholen.
Voor ons zelf werd ook het historische aspect, door het opduikelen van een aantal antiquarische boekjes en films uit de beginperiode van de schooltuinen – jaren ’20 van de vorige eeuw – steeds interessanter. Het historische verhaal konden we verder uitgewerkt publiceren in Oase: Schooltuinen in Nederland, 100 jaar jong.